Naar aanleiding van een extern onderzoek naar het ambtelijke samenwerkingsverband Blaricum, Eemnes en Laren (BEL), heeft de BEL-combinatie besloten dat er binnen de samenwerking aanpassingen nodig zijn. Om te zorgen voor vooruitgang, waar deze nu vertraagd wordt, moet er een doorontwikkeling plaatsvinden.
Gemeenten zijn anno 2015 steeds vaker genoodzaakt samen te werken. Het vraagstuk ‘meer met minder’ ligt daar in belangrijke mate aan ten grondslag. Gemeenten worden meer en meer ‘de eerste overheid’, waarvan de decentralisaties (jeugdzorg, Wmo, participatiewet) een duidelijk voorbeeld zijn, maar moeten deze (complexe) taken uitvoeren met krimpende budgetten.
Blaricum, Eemnes, Laren
In 2008 besloten de gemeenten Blaricum, Eemnes en Laren hun ambtelijke apparaten samen te voegen in een samenwerkingsverband. De BEL Combinatie, zoals de ambtelijke samenwerking tussen de drie gemeenten werd genoemd, was de eerste in zijn soort en diende als voorbeeld voor veel andere gemeentelijke samenwerkingsverbanden. Nederland telt inmiddels 16 ambtelijke fusieorganisaties, waarin ruim 40 gemeenten participeren. “Het experiment was een tour de force en is nog steeds een voorbeeld voor velen”, aldus Tijmen Smit, Wethouder binnen de gemeente Laren en bestuursvoorzitter van de BEL samenwerking.
De BEL-combinatie is eerder dit jaar geëvalueerd, met het doel om aan de hand daarvan tot doorontwikkeling te komen. “Andere gemeenten namen de BEL als uitgangspunt voor hun samenwerking en keken wat er nog aan te verbeteren was. Omdat wij dat niet hebben gedaan, is de BEL stil komen te staan. We pakken die draad nu weer op”, vervolgt Smit. Er is in de afgelopen zeven jaar veel verbeterd, waardoor burgers kunnen profiteren van een hogere kwaliteit van dienstverlening. Maar ook is er een wij-zij verhouding ontstaan tussen de BEL en de individuele gemeenten, aangezien de gemeenten toch hun eigen karakter willen behouden.
Daar moet verbetering in komen. Het BEL-model krijgt een update, maar hoe dat moet nog besloten worden. “Er zit veel kwaliteit in de club en die krijgt een boost.” Een belangrijke verandering die in ieder geval zal moeten plaatsvinden is het dichter bij elkaar brengen van de drie gemeenteraden en de ambtelijke BEL-organisatie. Een van de mogelijke oplossingen om de kloof te dichten is het invoeren van een gezamenlijke ‘klankbordgroep’.
Een ander advies is het veranderen van de BEL-combinatie op directieniveau. In plaats van de huidige BEL-directeur wordt er een directie ingesteld van drie gemeentesecretarissen – van iedere gemeente een. Zij zullen rouleren in hun voorzitterschap en zo weer de zeggenschap krijgen over alle ambtenaren – waarvan in de huidige situatie nog een aantal onder de BEL-directeur vallen. Op deze manier worden de communicatielijnen verkort. Een laatste advies is de creatie van meer overleg tussen wethouders van de drie gemeenten, die eenzelfde functie bekleden. Op die wijze kunnen de gemeenten hun beleid beter op elkaar aanpassen.
In het komende najaar zullen de gemeenteraden met elkaar in overleg gaan en volgt daarna een fasegewijze invoering van de adviezen tot verandering.
Comments are closed.